Op de eerste zaterdag van december wordt te Kruishoutem de patroonheilige van onze parochie gevierd (zie foto van zijn beeltenis boven de hoofdingang van de Sint-Eligiuskerk). Op die dag houden de Landelijke Gilde en de Boerenbond tevens hun jaarfeest, bestaande uit een feestmaal en een mis ter nagedachtenis van de overleden leden. St.-Elooi is immers niet alleen de patroonheilige van de parochiekerk van Kruishoutem, maar ook van de landbouwers. Door de herschikking van de weekendmissen gaat sinds vorig jaar de eucharistieviering door op de laatste zondag van november.

SINT ELIGIUS

Wie was Sint-Eligius ?

De evangelisatie van onze gewesten begon in de 7de eeuw. Vooral Amandus, Livinus en Eligius predikten in onze streken. Meerdere kerken in onze regio hebben deze heiligen dan ook als patroon. Tientallen kerken in Vlaanderen zijn aan de H.Eligius toegewijd, de meest nabije in Eine. Enkele gemeentenamen verwijzen naar hem, denken we maar aan Sint-Eloois-Vijve en Sint-Eloois-Winkel.

Eligius werd geboren omstreeks 590 in de omgeving van Limoges (Frankrijk). Hij maakte een blitzcarrière, van boerensmid tot muntmeester van Limoges. Het geslaagde uitvoeren van een aantal koninklijke goudsmidopdrachten zorgde ervoor dat hij adviseur van de Franse koning werd. Toch koos hij voor het spirituele leven. Hij werd priester, vervolgens bisschop van Noyon-Doornik, waarvan de inwoners hoofdzakelijk ongelovigen waren. De kerstening van dit bisdom, waartoe ook Vlaanderen behoorde, was zijn prioriteit. Hij ging daarbij niet al te zachtzinnig tewerk; toen de bewoners van een dorp in de buurt van Noyon beraamden hem te vermoorden, omdat hij ze verbood hun heidense rituelen en (vooral) feesten verder te zetten, ‘deed hij beroep op de goddelijke gerechtigheid en macht die de schuldigen een zenuwkwaal overzond.’

Sint-Eligius blaast warm en koud

Door zijn verleden als (goud)smid werd hij de patroon van deze beroepsgroep. Een belangrijk aandeel van hun arbeid bestond uit het beslaan van (trek)paarden. Daardoor werd Eligius tevens de beschermheilige van boeren, paardenhandelaars en veeartsen. Tot voor enkele decennia was de Kruishoutemse bevolking grotendeels in de landbouw actief. Het is derhalve makkelijk te begrijpen dat de H.Eligius hier sterk werd vereerd. Hiertoe dienden zich trouwens twee gelegenheden aan; de heilige heeft immers twee feestdagen. De eerste feestdag is de eerste zondag na 24 juni. Op deze dag wordt zijn translatie - de overbrenging van zijn relieken van het graf naar een kerk - herdacht. Deze feestdag wordt warme Elooi genaamd. Ook 1 december is een feestdag van St.-Elooi en wordt koude Elooi genoemd. Beide Eligius-feestdagen worden in Kruishoutem tot heden gevierd; Kruishoutemkermis en avondmarkt op het eerste weekend na 24 juni en de Elooisviering op de eerste zaterdag van december zijn immers direct met beide vermelde feestdagen verbonden.

De verering van Sint-Eligius in Kruishoutem

De oudste ons bekende vorm van St.-Elooisverering was de gelijknamige ommegang. Deze paardenprocessie werd jaarlijks gehouden ter gelegenheid van warme Elooi en bestond uit een zegening van paarden en begeleiders met een relikwie van de patroonheilige, gevolgd door een optocht door de straten omheen het centrum. De straatnaam St.-Elooiskeer is daarvan nog een overblijfsel. De St.-Elooiskapel  aan het Goed ter Corpen verwijst naar een statie van deze ommegang. Kerkrekeningen tonen aan dat deze religieuze stoet floreerde in de 17de eeuw. In het begin van de 19de eeuw was de paardenzegening nog altijd een bron van inkomsten voor de kerkfabriek, maar ging gepaard met gebrek aan eerbied voor de overledenen. De ruiters lieten hun paarden immers grazen op het kerkhof, dat toen nog omheen de kerk  lag. Het te uitbundige, wereldlijke karakter leidde tot een bisschoppelijk verbod in 1812. Vooral om financiële redenen lapten de kerkmeesters dit aan hun laars. De paardenwijding kende een 20-tal jaren later toch zijn definitieve einde na een conflictueuze  soap tussen pastoor Petrus Jacobus Senesal (1793-1866) en de kerkraad, waarin ook het gemeentebestuur, de arrondissementscommissaris, de gouverneur en de bisschop werden meegesleurd.

Markten en danspartijen

Dat het respect van de Kruishoutemnaren voor hun patroonheilige groot was, blijkt ook uit het feit dat ze voor de maandag na warme Elooi kozen als vast tijdstip voor de in 1670 ingestelde jaarmarkt. Lodewijk XIV verhief dat jaar Kruishoutem tot graafschap en gaf de toelating tot het inrichten van een jaarmarkt. Deze droeg in zich het embryo van de latere eiermarkt en bestaat nu nog verder in de Kruishoutemkermis van einde juni.

Toen de gemeenteraad op 25.05.1840 besliste tot het inrichten van twee bijkomende jaarmarkten, werd de patroonheilige weer niet vergeten. Eén van deze jaarmarkten werd immers ingericht op de eerste dinsdag van december, ook Boeren-St.-Elooi genaamd. De jaarmarkten verdwenen op het einde van de 19de eeuw, maar de junikermis van warme Elooi en boeren St.-Elooi (‘boereloei’) bleven bestaan. Toen de Boerengilde in 1919 werd opgericht, besteedde men zelfs meer aandacht aan het winterse evenement. Het werd op dinsdag gevierd met ’s morgens een mis voor de overleden leden, in de voormiddag een feestvergadering met een gerenommeerde spreker en ’s middags een feestmaal tot laat in de namiddag. Waar aanvankelijk alleen de mannen aanwezig waren, werden later ook de echtgenotes uitgenodigd en volgde ’s avonds een dansfeest. Het Elooisfeest groeide aldus uit tot een volledige dag feestgedruis voor de landbouwsector. Toen in de jaren ’70 de dinsdagse eiermarkt ophield te bestaan, verplaatste men de viering naar de eerste zaterdag van december met een eucharistieviering ’s avonds,  gevolgd door een feestmaal met dans. In deze vorm bestaat het nu nog steeds in organisatie van de Landelijke Gilde en Bedrijfsgilde van de Boerenbond.

Vermeldenswaard is ook dat het schepencollege tijdens de naoorlogse expansie van de eiermarkt in de H.Eligius een bondgenoot vond om de markt meer weerklank te verschaffen. De op het einde van de 19de eeuw verdwenen Elooisjaarmarkt werd vanaf 1948 weer ingevoerd op de eerste dinsdag van december en gaf met zijn feestelijk karakter een jaarlijkse boost aan het aantal verhandelde eieren.

Waar Sint-Eligius nog goed voor is …

Tot slot nog deze uitsmijter: dat Kruishoutem een welvarende gemeente is, is bekend. Misschien is ook dat te wijten aan zijn patroonheilige. Enig opzoekingwerk leerde ons immers dat de H.Eligius ook de beschermheilige is tegen geldgebrek. Als ze dat maar niet te weten komen in Zingem!

Deze Kroniek is een bewerkte versie van een artikel van Chris Van der Meeren, waarvoor dank.