"... daar woont het meisje waar ik zoveel van hou.". Of er bij de Schietsjampettermolen te Wannegem ook meisjes wonen waarvan we zouden kunnen houden, dat weten we niet. Misschien moeten Raoul De Bel en zijn kompanen van Hultheim dat maar 's ter plekke gaan onderzoeken. Wat we wel weten, is dat deze mooie molen op 11 juli aanstaande een jubileum te vieren heeft. Dertig jaar geleden immers werd hij vanuit het West-Vlaamse Houtave (deelgemeente van Zuienkerke, tussen Brugge en de kust) naar Wannegem overgebracht. En dat is toen niet zonder slag of stoot (of beter gezegd: schot) verlopen!

schietsjampettersmolen

Op de site waar de huidige molen prijkt in een toch wel majestueus landschap, stond reeds in de zestiende eeuw een staakmolen (molen op een verticale spil waaromheen hij 360° kan draaien, zodat de wieken naar de wind kunnen worden gezet). Deze molen - toen gekend als 'de Grooten Molen' - had sinds 1909 geen noemenswaardige restauratiebeurt meer gekregen en maalde zijn laatste graankorrels in 1936. Drie jaren later, in 1939 begon hij gevaarlijk voorover te hellen en viel uiteindelijk om, enkel nog gestut door een sterke molenwiek die zich onwrikbaar in de grond had geboord. Op dinsdag 27 oktober 1959 kreeg het door de tand des tijds gehavende molenkarkas de genadeslag. Wannegemnaar Oscar Dhondt herinnert zich: "De molen werd tijdens een nooit gekende najaarsstorm, welke reeds van de vroege morgen tot de late namiddag woedde, neergeveld en totaal vernield. Deze storm was er één met orkaankracht, welke ook elders ontzaglijke schade aan goederen en gebouwen aanrichtte. Onder andere in het kasteelpark van de Ghellincks, waar eeuwenoude reuzenbomen als lucifers afknapten en vele tientallen meters verder neergesmakt werden, in spaanders geslagen, gereed voor de open haard.". Nadat de molenreus was geveld, verkocht de eigenaar, kasteelheer de Ghellinck, het door regen en wind geharde eikenhout. Gedurende jaren nog bleven de maalstenen op de molendam liggen, tot ze in letterlijk duistere omstandigheden op een nacht door onbekenden werden ontvreemd. 22 jaren zou de plek 'molenloos' blijven.

Toen kwam er een man met een plan. Zijn naam: Etienne Van Hoe, wonend aan de Huisepontweg rechtover de molensite. Hij kocht de reeds gedeeltelijk afgegraven dam en vatte het idee op om er weer een operationele molen op te trekken. In 1980 deed er zich een occasie voor in de West-Vlaamse polders. Toen stelde baron Jacques de Crombrugghe de Looringe zijn Westmolen te Houtave te koop. Deze staakmolen, afkomstig van De Haan en van daar in 1963 verhuisd naar Houtave, was in 1980 niet meer dan een puinhoop. Baron de Crombrugghe en Van Hoe kwamen tot een akkoord, maar toen begon de miserie; het gemeentebestuur van Zuienkerke, dat voordien nooit naar de molen had omgezien, begon zich te moeien.

In de hoop rechtsprocedures te vlug af te zijn, besloot Van Hoe de molen zo vlug mogelijk uit de polderklei van Houtave te trekken en in de leemgrond van Wannegem neer te poten. De datum van verhuis werd geprikt op maandag 10 maart 1981. Maar dat was buiten de waard, in dit geval de Houtaafse vertegenwoordiger van het wettelijk gezag, gerekend: "Toen de molenbouwer met zijn personeel en groot materiaal ter plaatse verscheen voor de demontage, stond de plaatselijke veldwachter hen reeds op te wachten. Het gemeentebestuur had (hem) de opdracht gegeven elke poging om de molen weg te halen met alle middelen te verhinderen. Een order dat de gemeentedienaar dan ook stipt uitvoerde! Zeker ogenblik voelde hij zich misschien bedreigd door het legertje werklui en het zware materiaal dat op de o zo stille gemeente kwam aangerukt en hij vond het op een bepaald ogenblik noodzakelijk zijn dienstwapen te trekken en zelfs te gebruiken! Hij loste enkele (volgens Van Hoe: twee, waarvan één in de molenromp) schoten in de lucht en de 'molenontvoerders' dienden noodgedwongen de afbraak te stoppen.", aldus Oscar Dhondt. De naam van de molen was gemaakt; olijke Wannegemnaars hadden het al spoedig over de 'Schietsjampettermolen', sindsdien een wijdverbreid begrip in molenkringen en daarbuiten. Sla op 'google' de naam aan en je komt op 1 790 hits!

Etienne Van Hoe liet het er niet bij en trok naar de rechtbank. In kortgeding haalde hij een uitvoerbare titel om de molen over te brengen naar Wannegem, wat onder politiebegeleiding en grote publieke belangstelling gebeurde op zaterdag 11 juli 1981. De 'Schietsjampettermolen' werd op de onderbouw van de vroegere 'Grooten Molen' opgericht. Dit was evenwel niet het einde van de juridische veldslag; de gemeente Zuienkerke en de provincie West-Vlaanderen gaven zich niet gewonnen. Twee gerechtelijke procedures - één strafrechtelijk en één administratief voor de Raad van State - werden over een periode van maar liefst 10 jaar tot het bittere einde uitgevochten. Etienne Van Hoe haalde uiteindelijk zijn gelijk over de ganse lijn!

Op 20 november 1987 beëindigde molenbouwer Mariman uit Zele de opbouw- en restauratiewerken. Kostprijs: 6 miljoen Belgische franken. Net zoals in Houtave werden eikenhouten wieken aangebracht, wat achteraf geen goed idee bleek te zijn; een eerste roede brak in 1994, de tweede werd tijdens de zware winterstorm op Kerstnacht 1999 een tiental meters in de kouter weggeslingerd. De voorflank en het dak werden beschadigd en het binnenwerk van het molenkot liep zware averij op. De zoveelste tegenslag voor Etienne Van Hoe. Er diende een oplossing te worden gevonden voor de wieken, die bestand moesten zijn tegen weer en vooral tegen veel wind. Molenbouwer Peter Thomaes uit Roeselare plaatste op 17 december 2003 op basis van de bevindingen van een studiebureau een uniek prototype wieken, vervaardigd uit tropisch hardhout (bilinga - tweemaal zo sterk als eik), verstrekt met epoxyhars.

Eens met zijn nieuwe vlerken getooid, was de molen opnieuw draaivaardig. In 2006 werd hij na de reparaties van het binnenwerk ook weer maalvaardig. Sinds het overlijden van Armand Fauconnier op maandag 22 mei 2006 werd de molen achtereenvolgens bediend door Willy De Schuyter en door Thomas Piens. Hopelijk zal de molenaar op de Vlaamse Feestdag de wieken van de Schietsjampettermolen zwierig door het Wannegemse zwerk laten zwaaien, heen en weer, heen en weer. En misschien wordt er wel weer een schot gelost, bij wijze van eresaluut dan deze keer.