Hier heeft de natuur, de tijd én de mens zijn werk (goed) gedaan; een ecologisch waardevol bosgebied van 3 ha, verscholen in een kort dal (vandaar de naam) langs een beek met permanent hoge waterstand. Sporen van vlasrootputten einde 19de-begin 20ste eeuw zijn nog vaag traceerbaar. Grotendeels hakhoutbos van zwarte elzen en es. In de lente is de bodem een kleurentapijt (gele dotterbloem, slanke sleutelbloem, reuzenpaardestaart). In de winter worden sperwers, blauwe kiekendieven en koperwieken waargenomen. Elk jaar komen in de knotwilgen koppels steenuilen broeden. Kortom, een natuur- en vogelparadijs.
Info:
- Bij conservator Lieven Kinds, 09 / 383 71 39.