Op 21 september 1922 delven Kruishoutemse seizoenarbeiders in een steenbakkerij te Beaurains bij Arras (Frankrijk) twee Romeinse amforen uit de klei. Ze bevatten sieraden, juwelen en geldstukken, daterend van 118 tot 211 en van 284 tot 312 na Christus. Ze graaien meerdere munten en ander prijzig kleinood mee en kiezen hals over kop het hazenpad naar Vlaanderen. Onwetend over de waarde van wat vandaag als de grootste Romeinse muntenschat aller tijden wordt beschouwd, verspelen, vergokken of verkopen ze hun vondsten voor een appel en een ei. De gouden munt van Constantinus Chlorus met de afbeelding van de verovering van Londen daterend van 297 na Christus bijvoorbeeld heeft momenteel een waarde van €625.000 … (foto’s Edwin De Borggraeve).