Dat de olieprijzen de laatste maanden de pan uitswingen, hoeft niet verteld. Iedereen die zijn mazouttank vult of met de wagen langs het benzinestation passeert, voelt het aan zijn geldbeugel. In "De Tijd" van 6 juni jongstleden lazen we: "De prijs voor een vat ruwe olie toonde vrijdag de grootste stijging op dagbasis in zijn geschiedenis (tot 138,12 dollar per vat)". Nadien volgde weliswaar een daling, maar op 18 juli was de prijs voor een vat olie opnieuw gestegen tot 132,06 dollar.
Niets is nieuw onder de zon. Reeds op het einde van de negentiende eeuw moesten onze Kruishoutemse voorvaderen hun zuur verdiende spaarcenten bij elkaar harken om aan 'petrool' te geraken. Dat kunnen we lezen in een weekblad dat in onze gemeente werd gedrukt en uitgegeven van 1865 tot 1880. Dit wekelijkse 'nieuws- en annoncenblad'' van drukkerij Bogaerts in de Nieuwstraat was een amalgaam van plaatselijke 'nieuwstijdingen', grepen uit andere weekbladen (vooral moorden en rampen), verwijzigen naar de internationale politiek, meldingen van priesterbenoemingen, 'beweging van den burgerstand', notariële aankondigingen van openbare verkopen (hout, inboedels, landbouwwerktuigen en onroerende goederen), gedichten, belegen mopjes en publiciteit van plaatselijke neringdoeners. Het weekblad had - hoe kan het anders voor Kruishoutem ? - de bloem- en stijlrijke naam: "De Veldbloem
In "De Veldbloem" van zondag 17 december 1876 (twaalfde jaargang, nr. 50) krijgen we tot onze verbazing een artikel onder ogen dat evengoed vandaag, in 2008, de kranten had kunnen halen ! Lees en oordeel over het actualiteitsgehalte van de volgende tekst die 132 jaar geleden in de regionale pers verscheen.
"De menschen klagen veel van den voortduren opslag van de petrool: die waar van allereerste noodzakelijkheid, in plaats van nog, gelijk eertijds, aan 25 c. verkocht te worden, staat thans op het punt van te rijzen tot 75 centimen den liter ! (noot: de aandachtige lezer merke het verschil met de huidige prijzen ...). Van waar die onverwachte duurte ? Hoe is het mogelijk, dat eene stof, die zoo gemakkelijk en in zoo groote hoeveelheid altijd kan opgedaan worden, aldus in min dan een jaar van meer dan 40 centimen per liter zij gestegen. Ziedaar de vraag welke men zich gedurig voorstelt: om er zoo klaar als mogelijk op te antwoorden, zullen wij beginnen met eene korte vergelijking daar te stellen tusschen de hoeveelheid petrool, die zich de verledene week en op hetzelfde tijdstip binst het verloopen jaar ter beschikking van den koophandel op de markt van Antwerpen bevond(en) :
- Op 2 december 1875 waren te Antwerpen 129.179 vaten petrol beschikbaar;
- Op 2 december 1876 waren er slechts 47.061, dus een verschil van 82.118 vaten !
- Op 9 december 1876 waren beschikbaar : 29.435 vaten; onder zeil 47.627; in lading 100.000, 't zij te zamen 177.062 vaten.
- Op 11 december 1875 telde men beschikbare vaten : 112.766; onder zeil 76.669; in lading 3.000 ; 't zij te zamen 192.435.
Dus, de in lading zijnde vaten mede gerekend, blijft er nog een verschil van 14.372 vaten meer, die in 1875 voor Belgie alleen aan den koophandel werden geleverd ! Daarbij hoeft men nog op te merken, dat de in lading zijnde vaten wellicht maar achter den winter beschikbaar zullen zijn. 'T Is dus gemakkelijk om te zien, dat de huidige duurte het werk van de Amerikaansche leveraars (is) : de petrolbronnen leveren nog altijd even veel vocht, en de tijd is niet te voorzien dat zij eens zouden uitgeput worden ; maar de nijveraars die de bronnen bezitten, waarschijnlijk vindende dat zij geen geld genoeg meer winnen, houden het kostbare vocht achter, of laten het zelfs verloren gaan en aldus brengen zij eenen opslag te weeg, die meest profijt voor hen moet bijbrengen. Laat ons nogtans hopen dat die staat van zaken niet lang zal duren en dat wij weldra de petrol aan de vorige prijzen zullen terug krijgen".
Amper twee weken later is er al goed nieuws te melden; de olieprijzen zijn gedaald. Of dit het gevolg is van het artikel in het Kruishoutems weekblad, laten we in het midden. Onze voorouders ondervinden door de daling van de olieprijzen in elk geval een stijging van hun koopkracht. Van een Nieuwjaarscadeau gesproken! In "De Veldbloem" van zondag 31 december 1876 schrijft onze lokale reporter: "We kunnen met genoegen vermelden, dat de petrolie in sterke daling is ... 't Was tijd ook, want de menschen spraken reeds van de oude quinquets op olie (olielampen) weer uit den hoek te halen.".
We hopen dat wat de olieprijzen betreft de geschiedenis zich zal herhalen tegen de publicatie van het volgende Eierdopje !