Op zaterdag 1 juni wordt het nieuwe fietspad langs de Olsensesteenweg ingehuldigd. De werkzaamheden startten in augustus 2012 aan de Keimolen en zijn ondanks de barre winterse omstandigheden na amper 10 maanden voleindigd. Een waar huzarenstukje. De van de rijweg afgescheiden vélobaan nodigt uit tot fiets- en wandelrecreatie, iets wat jaren lang niet meer kon. Pedalerend van Olsene naar Kruishoutem vergt het traject wel enige voorbereidende training; over een afstand van iets meer dan een kilometer is er een niveauverschil van maar liefst 40 m. te overbruggen.
Kruishoutem is van oudsher een knooppunt van grote regionale wegen; in ons centrum komen de verbindingsbanen tussen de plattelandssteden Waregem, Oudenaarde en Deinze te samen. Dit betekent druk verkeer en een risico voor wielrijders en voetgangers. Merkwaardigerwijze ontbreken sinds decennia langs de meeste van deze gewestwegen veilige fietspaden. Dit kan deels worden verklaard door de tijdsgeest van vroeger, toen de fietser nog niet als ‘zwakke weggebruiker’ werd beschouwd.
Toch gingen reeds meer dan een eeuw geleden in onze gemeente stemmen op voor de aanleg van fietspaden. Dat blijkt uit een brochure van velo-club 'Rap en Knap’ uit Cruyshautem anno 1911. De fiets was in het straatbeeld verschenen op het einde van de negentiende eeuw. Wielerclubs schoten als paddenstoelen uit de grond. Tussen 1894 en 1899 steeg hun aantal in België van 128 naar 232. Deze cijfers waren navenant voor de provincie Oost-Vlaanderen: van 13 naar 38 over hetzelfde tijdsbestek. Deze wielerverenigingen promootten de democratisering van de tweewieler o.a. via annonces in de kranten over de aanschaf van véloplakken en ijverden voor (betere) fietspaden. Op 10 september1911 ging een provinciaal fietsersevenement door in onze gemeente. In de begeleidende brochure stond te lezen:
“Wielrijders. Hoerah ! Leve het zesde Bondsfeest, ingericht door den Velo-Club Rap en Knap, in het schoone dorp van Cruyshautem, onder de hooge bescherming van den Touring-Club van België en onder deze van de Wielrijdersvereeniging van Oost-Vlaanderen.
Aan wien den eer dit Zesde Bondsfeest in te richten ? Aan Rap en Knap, bloeiende Veloclub van meer dan 80 leden, die reeds bestaat van 1895, maar in 1904 is heringericht met eene knappe Velofanfare aan het hoofd. Deze club heeft niet alleenlijk voor doel een deftig vermaak te verschaffen aan de vroolijke jongelingen van Cruyshautem, maar werkt ook gedurig samen met de Wielrijdersvereeniging van Oost-Vlaanderen om betere wegen te bekomen.
Cruyshautem, schoon dorp, van meer dan 6000 zielen, gelegen tusschen Schelde en Leie, wordt doorkruist door VIER groote staatsbanen: a) Cruyshautem-Waereghem b) Cruyshautem-Olsene, c) Cruyshautem-Nederzwalm ; d) Cruyshautem-Anseghem ; en EENE provinciale baan Audenaerde-Deynze.
Deze laatste is sedert eenige jaren verbeterd met een velobaantje met platte steenen ; is het de volmaaktheid niet, wij rijden toch reeds zachter. Maar hoe spijtig dat GEEN ENKEL der vier hooger genoemde staatsbanen (die breed genoeg zijn) voorzien is van ene velobaan !
Ware het zoo, het groot aantal wielrijders van Cruyshautem en omliggende, konden van hun dorp naar Gent, Brussel of Kortrijk zonder een enkel maal van de lompe kasseisteenen te moeten gebruik maken. Ongelukkiglijk wij zijn nog zoo ver niet, ik geloof zelf dat in het Ministerie Cruyshautem gansch onbekend is.
Nochtans, zooals ik hooger zegde heeft Rap en Knap samen met de koene strijders van de Wielrijdersvereeniging van Oost-Vlaanderen hard gewerkt tot het bekomen eener velobaan van Cruyshautem, Waeregem, Nederzwalm. Op het kermis affiche van 1 Juli 1906 lezen wij “Groote Betooging aan het adres der Heeren Volksvertegenwoordigers van ons arrondissement, aangeboden tot ondersteuning van de vraag der Velobanen : Waereghem, Cruyshautem, Syngem, Nederzwalm.” Alsdan waren meer dan 1000 wielrijders op ons dorp vergaderd om deze billijke vraag te ondersteunen.
Maar tot hiertoe nog niets, altijd en eeuwig hetzelfde antwoord : Het ontwerp ligt ter studie. Cruyshautem is in ’t Ministerie onbekend, schrijf ik hooger, en dáár is men reeds vijf jaren aan ’t studeeren om eene velobaan te vinden die dit klein plekje grond met andere groote banen zou verbinden. Indien die hooge mannen wisten, dat daar de schoonste vallei der Leie te zien is, een prachtig kasteel, en bovendien nog aangenaam vermaak te vinden, zooals nu met het wielrijdersfeest, dan zou de zoo veel gewenschte velobaan tusschen dit en een jaar gemaakt zijn.
Maar, vrienden Wielrijders, onze moed niet verloren, gewerkt met de Wielrijdersvereeniging van Oost-Vlaanderen en met de machtige maatschappij den Touring Club van België tot dat wij bekomen wat wij reeds zoolang vragen.”
Dit pamflet legde meer dan een eeuw geleden reeds de vinger op de wonde: de aanleg van fietspaden langs gewestwegen ontsnapt aan de beslissende bevoegdheid van de gemeentelijke instanties. Het is telkens weer aankloppen in het politiek hart van de besluitvorming, en dat klopt niet in Kruishoutem, maar in Brussel. Dit in combinatie met het kluwen van onteigeningsdossiers en wirwar van administratieve procedures verklaart dat één en ander lang kan aanslepen. Maar dat het fietspaddossier wel degelijk wordt opgevolgd, blijkt uit de realisaties aan de Kasteelstraat in 2006 en nu aan de Olsensesteenweg. Met dit laatste project is trouwens een vroeger mistasten rechtgezet; een foto van 2 februari 1949 ter hoogte van café ’t Sterreke richting Olsene (actueel in de omgeving van Tankstation Lion en Garage Frank) vertoont rechts van de toenmalige macadam wel degelijk een afgescheiden rijstrook voor tweewielers. Deze verdween nadien onder het asfalt.
Door de inhuldiging op 1 juni wordt dit euvel hersteld. Samen met Vlaams Minister van Openbare Werken en Mobiliteit Hilde Crevits wordt de vélobaan om 10u30’' ingefietst met start aan Garage Frank. Nadat prominenten en buurtbewoners zich in het zweet hebben gereden op deze toch wel aardige kuitenbijter, volgt de officiële inhuldiging met dorstlessende receptie in de showroom van Garage Damiens.
Volgens schepen van o.a. openbare werken en sport Robrecht Bothuyne komt vermoedelijk in 2015 de Nazarethsesteenweg aan de beurt, daarna de Waregemsesteenweg. Het blijft een constante uitdaging voor de plaatselijke bestuurders om het Kruishoutemse fietspaddossier in beweging te houden.